Stil worden bij het wapengekletter in het Midden-Oosten
Stil worden bij het wapengekletter in het Midden-Oosten
Lourens Geuze teamleider Midden-Oosten bij Near East Ministry (NEM) en protestants predikant (PKN). Gepubliceerd in het Nederlands Dagblad op 14 januari.
Talloze keren ben ik naar Israël gevlogen, maar begin deze maand was de vlucht naar Tel Aviv anders dan anders. Tot mijn verrassing was het stil aan boord. Normaal gesproken wordt er druk gediscussieerd, hard gebeden en luidruchtig geslapen. Maar deze keer hing er een serene stilte die kenmerkend was voor de tien dagen die ik doorbracht in Israël. De verhalen die ik hoor van onze werkers, lokale gelovigen en mijn vrienden zijn aangrijpend en maken mij stil.
Een vrijwilligersechtpaar van Near East Ministry vertelt dat ze op een dag werden aangesproken door een vrouw bij de bushalte. Elke dag komen ze elkaar daar tegen op hetzelfde tijdstip, maar deze dag moest haar iets van het hart: ‘Bedankt dat jullie hier zijn want jullie glimlach is het hoogtepunt van mijn dag.’
Een Joodse vriend vertelt hoe hij alles heeft beleefd sinds 7 oktober - over zijn doodsangsten toen er berichten op zijn telefoon binnenkwamen dat er terroristen waren gezien in zijn stad. Net zoals op die fatale morgen in de dorpjes rondom Gaza. Hoe hij samen met zijn oude moeder de deuren van zijn appartement had gebarricadeerd met stoelen en alles wat ze maar kon vinden. Achteraf bleek het loos alarm, maar de schrik zat er goed in en die voelt hij nog steeds een jaar later.
Hij voelt zich aangevallen in zijn identiteit, omdat het voortbestaan van zijn volk wordt bedreigd. Ontroerd laat hij mij een filmpje zien van een Israëlische verslaggever die een jonge vrouw op Urk interviewt. Met tranen in haar ogen spreekt ze haar afschuw uit over wat er is voorgevallen met de Israëlische voetbalsupporters in Amsterdam. Het doet mijn vriend zichtbaar goed. Er zijn tenminste nog mensen die om hem en zijn volk geven.
Afstandelijk
Het valt mij op in al de gesprekken dat er zowel door Joden als Arabieren behoorlijk feitelijk en afstandelijk wordt gesproken over de oorlog die gaande is in de regio. Waar in Nederland wordt ingezoomd op het persoonlijke leed van de slachtoffers of op de vraag of er een genocide plaatsvindt, lijken zij daar minder oog voor te hebben. Ze zijn verrassend realistisch over wat er gaande is in Gaza en de landen rond Israël. De verschrikkingen van de oorlog worden gezien en erkend, maar het lijkt hen vooral te verdoven en te verlammen. Ik proef weinig behoefte om het allesomvattende leed te verzachten of de beslissingen van politieke leiders te verdedigen.
Het gesprek met bisschop Rafic Nahra uit Nazareth blijft mij het meeste bij van alle ontmoetingen. Hij is geboren in Egypte, groeide op in Libanon en studeerde in Frankrijk en Italië. Daarna diende hij jarenlang als priester bij de Hebreeuwssprekende en vervolgens de Arabischtalige katholieken in het Heilige Land. Ik proef bij hem dezelfde pijn en gelatenheid als bij alle andere mensen die ik sprak tijdens mijn bezoek. Maar als ik hem vraag waar hij de kracht vindt om door te gaan en hoe hij de hoop op vrede behoudt, dan zegt hij zonder enige aarzeling en met vuur in zijn ogen: de opgestane Christus!
Gedurende mijn tien dagen in Israël heb ik heel veel tegenstrijdige verhalen en visies gehoord en het kan eenvoudigweg niet allemaal (even) waar zijn. Tegelijkertijd is het overduidelijk dat de Joden en Arabieren die ik heb gesproken zich in hun bestaansrecht aangevallen voelen en zich persoonlijk bedreigd hebben gevoeld sinds 7 oktober. Dat ze soms radeloos zijn. Welke toekomst is er nog voor hen en hun (klein)kinderen in het land waarvan ze houden? En hoe kunnen ze beginnen met het leed te verwerken? Allemaal vragen waar ik geen antwoord op kan geven en alleen maar een luisterend oor aan kan bieden.
Terug in Nederland vraag ik me af wat mij te doen staat. Zou het mogelijk zijn om al deze stemmen een microfoon te geven in ons gepolariseerde debat? Waarbij we als christenen stil worden en luisteren naar wat onze Joodse en Arabische vrienden tegen ons te zeggen hebben. Waarin we vragen die ons verstand te boven gaan niet hoeven te beantwoorden en de beslissingen van politieke leiders niet hoeven te verdedigen.
Voor allen die op deze manier in het conflict willen staan is de NEM voornemens om een stille tocht te organiseren in het nieuwe jaar. Geen grootse manifestatie met toespraken en vlaggen, maar een groep van pelgrims die stil worden bij het onbeschrijfelijk leed en uitdragen dat onze hoop op vrede alleen te vinden is in de opgestane Christus!